Omdat ik hier aangeef open te zijn wil ik ook open zijn over die momenten dat ik minder lief ben voor mezelf. Nou ja…. dat beperkt zich gelukkig nog maar tot gedachtenflitsen. Een niet bestaand woord, maar ik leg het uit. Genderdysforie gaat er over dat bepaalde kenmerken van je lichaam niet kloppen met je lichaam. Niet alleen je gevoel; het zit verweven in je systeem. Dat merk ik ook met de hormoonbehandeling. Mijn gevoelens, die ik altijd al had over van alles en nog wat, kloppen nu intrinsiek met mijn zijn; mijn systeem. Deels door het verwijderen van dat masker en het loslaten van die moeilijk uit te leggen set van regels die ik opbouwde als kind, maar duidelijk merk ik ook een innerlijk verschil sinds de behandeling.
Als kind leerde ik mij mannelijk te gedragen. Ik kwam er niet eens aan toe mij meisje te zijn. Als je je anders voordoet dan je bent ga je natuurlijk enorm falen; ik denk dat iedereen dat idee wel kent in meer of mindere mate. En ik, en mijn omgeving, was streng als ik faalde. Als ik terugkijk was ik vooral mijn kinderjaren veel alleen. Ik sloot me veel op in mijn kamer en had op beide plekken waar ik woonde met mijn moeder één ‘vriendje’. In beide gevallen de overheersende buurjongen. Op school werd ik gepest; want ik was anders. Mijn reacties op het pesten zullen ook niet geholpen hebben want ik huilde heel veel. Het lukte me niet om onderdeel te worden van iets. Het lukte niet bij de meiden want ik was in hun ogen logischerwijs een jongetje. En bij de jongens voelde ik me niet thuis.
Later lukte dat beter. Ik had geen gewone pubertijd maar ik had wel vrienden en vriendinnen. Maar ik voelde me ook veel onzeker; geblokkeerd. Ik negeerde immers mijn binnenste stemmetje die eigenlijk vooral vrouwelijke dingen wilde doen. Ik wilde mijzelf beschermen door daar vooral geen gehoor aan te geven. Maar ik weid enorm uit. Wat ik vooral wilde noemen is dat ik zo streng kon zijn voor mijzelf. Oordelend. En dat oordelen ontstond als kind dat zichzelf wilde beschermen. Het luisterde naar de omgeving, begreep wat in ieder geval niet zou helpen en gaf dat mee als regel. En bestrafte als de regel niet nageleefd werd (‘zie je nou wel’) en dus iemand ging plagen of andere narigheid.
Na mijn ontdekking kwam dat onderdeel steeds terug. Maar nadat ik leerde dat er iets als je innerlijk kind (of zelfs meerdere) bestaat, vond ik ook mijn innerlijk kind. Kon ik alles plaatsen. Ook de oordelen. Ik begreep hoe ik die regels allemaal zelf opgebouwd had uit zelfbescherming. Het is zo logisch, het is wat een kind zou doen als zij zich niet veilig voelt. Vanaf dat inzicht viel het zelfoordeel nog meer weg. De hormoonbehandeling maakt het af.
En toch, soms heel even komt het nog even langs. Ook de eerste keer dat ik deze prachtige documentaire zag vandaag die Bas Booij maakte voor Open Rotterdam over mij en mijn boekje. Ik zag de mannelijkheid toch nog even in mijn gezicht. Het bracht me een moment van slag. Niet lang; want er is het vertrouwen dat de behandeling nog net wat meer verzachting brengt in mijn gezicht. En de acceptatie. Ik ben heel blij met wie ik ben en waar ik sta. Bovenal realiseer ik me dat mijn innerlijk kind mij wilde beschermen voor de boze wereld, ook al hoeft dat allang niet meer..
De tweede keer genoot ik volop. Ik vind het mooi gemaakt, en ook heel blij met Anne-Mercedes’ reacties!
Dus zie mij schitteren in deze prachtige video van Bas Booij, Open Rotterdam. Ik was op TV notabene!