Aurora

Ik noemde haar al eens zijdelings in eerder teksten. Ik heb haar eerder laten ontwaken in een overlevingscapsule op het strand. En ik speelde haar in mijn performance ‘Aurora Ontwaakt’. Gisteren schreef ik ook over haar, en ik realiseerde me dat ik die lieverd nooit echt aan jullie heb voorgesteld. Nou ja, ook wel, want ze is onderdeel van mij. Ze draagt mijn derde naam. Aurora is mijn innerlijk kind. Zodra ik begreep dat zoiets bestaat, door een vraag van mijn behandelaar alweer bijna twee jaar geleden, zocht ik op wat dat was, een innerlijk kind. Het komt uit de systeemtherapie, in ieder geval zover ik er vanaf weet. Door een deel van je zelf een naam te geven, kan je stukjes van jezelf beter plaatsen en verwerken. Begrijpen.

Zodra ik naar haar zocht, zag ik haar liggen, dodelijk vermoeid van al het werk dat ze deed over de jaren. Het is het meisje dat, toen ik vier was en mijn omgeving mijn vrouwelijkheid afwees, mij hielp een masker op te bouwen. We probeerden van alles, bedachten de meest bijzondere regels, en al faalden we op vele vlakken, we maakten er iets van. Veel uit die tijd heb ik verdrongen, ik herinner me zo weinig. Maar in die beschadigde kindertijd was er wel altijd iets van een beschermengel, die ingreep als het mis dreigde te lopen. En die mij altijd weer kon laten lachen.

Sinds mijn ontdekking kreeg ze het lastig, vertelde ze me later. Tot ik haar daar vond, slapend naast haar capsule, met haar roze spiegeltje nog in haar hand. Ik legde haar uit dat het niet meer nodig is, de extra bescherming. Ze reageerde met ‘Ja, maar..’. En zo kwam ze bij veel van mijn stapjes de laatste jaren nog even aan mij hangen. Of ik wel zeker wist dat ik op straat een jurk aan kon doen, mijn baard af zou scheren, aan de hormoontherapie zou beginnen. ‘Natuurlijk,’ zou ze dan zeggen, ‘je bent een vrouw, maar de wereld kan daar anders over denken!’. En hoe meer ik mijn vrouw-zijn toeliet, hoe beter ik haar pogingen om mij te beschermen begreep. Zij is het die mij vroeger beschermende. Zij wist al dat ik vrouw was, maar ze behoede mij ervoor, omdat het op dat moment niet kon, niet mocht bestaan.

In het begin, toen ik haar vond, was ik wel eens boos op haar. Misschien had ik zonder haar al veel eerder ontdekt dat het anders zat in mijzelf dan ik aan de wereld liet zien. Toen ik twintig was had ik best willen weten dat ik vrouw was! Maar zo gaan die dingen. Waarschijnlijk was het enige juiste moment voor mij om te ontdekken dat ik vrouw ben, het moment waarop ik het ontdekte. In het stadium van mijn leven waar ik ver genoeg was om de werkelijkheid te kunnen aanvaarden en vooral ook te beleven. En waarop ik mijn thuis en werk, met hulp van Aurora, ingericht had tot de meest veilig denkbare omgeving om deze ontdekking te doen. Want ik kwam in een warm bad terecht, zoveel dank voel ik daarvoor.

Ik merk dat ik Aurora los aan het laten ben. Ik heb haar bescherming steeds minder nodig. Nee, ik neem geen afscheid van Aurora, ze zal er altijd zijn, maar ze hoeft geen beschermengel meer te zijn, ik kan het zelf. Ze heeft haar eigen droomkamer nu, en meestal geven we elkaar een stevige knuffel voor het slapen gaan.
En soms kijk ik haar even aan, in de spiegel. Vol liefde.

Scroll to Top